Uber-arrest: Deliveroo bevestigd, ondernemerschap verdiept

De Hoge Raad heeft op 21 februari 2025 het zogeheten Uber-arrest gewezen. Daarmee wordt het Deliveroo-arrest uit 2023 niet alleen bevestigd, maar ook aangescherpt. Vooral op één punt: ondernemerschap.

Wat verandert er precies, en wat kun je ermee in de praktijk?

Van Deliveroo naar Uber: waar stonden we?

In Deliveroo stelde de Hoge Raad al dat je bij het beoordelen van een arbeidsrelatie moet kijken naar alle omstandigheden van het geval. Dus niet alleen naar contractafspraken, maar ook naar hoe het er in de praktijk aan toegaat. Denk aan:

• gezag en instructies

• beloning en risico

• inbedding in de organisatie

• én: hoe iemand zich economisch gedraagt (ondernemerschap)

Dat laatste punt was nieuw, maar nog wat vaag. En precies daar komt nu scherpte.

Wat voegt het Uber-arrest toe?

De Hoge Raad doet twee dingen:

1. Ondernemerschap krijgt inhoud
Het gedrag als ondernemer wordt nu echt meetbaar. Niet alleen binnen de klus, maar ook erbuiten. Bijvoorbeeld:

• Heeft iemand meerdere opdrachtgevers?

• Doet iemand aan acquisitie?

• Bouwt iemand aan een reputatie?

Ondernemerschap is dus geen afvinklijst, maar onderdeel van het bredere verhaal. En dat verhaal moet kloppen.

2. Groepsgewijze toetsing onder de Wet AVV
De rechter mag voortaan in bepaalde gevallen een hele groep werkenden tegelijk beoordelen. Dus vakbonden hoeven niet altijd een collectieve actie op te tuigen. Mits de groep voldoende vergelijkbaar is qua werkzaamheden, kan er in één keer duidelijkheid komen over hun arbeidsrelatie.

Wat betekent dit concreet?

Voor opdrachtgevers:
Je kunt je niet langer beroepen op het label ‘zzp’er’ als het ondernemerschap in de praktijk niet overtuigt.

Voor werkenden:
Meer kans op rechtsbescherming, ook als je geen individuele zaak begint.

Voor juristen en HR:
Het toetsingskader wordt rijker, maar ook concreter. Het draait nog steeds om maatwerk, maar de richting is duidelijker.

Tot slot

Geen revolutie, wél een belangrijke stap vooruit. De Hoge Raad maakt helder: het gaat om de praktijk, niet om hoe het op papier lijkt. Zeker bij schijnzelfstandigheid is dat een noodzakelijke verduidelijking.

Meer weten of sparren over de gevolgen voor jouw organisatie? We denken graag mee.